Over
Deze site bevat presentaties van eindopdrachten van studenten uit de bachelorcursus Interculturele Communicatie (blok 2, studiejaar 2011 - 2012, begeleid door Koen Docter en Jan D. ten Thije, van het Departement Nederlands van de Universiteit van Utrecht. Manon Koningstein en Margreet Moesker waren als studentassistent bij de cursus betrokken.
Lezers worden van harte uitgenodigd op de presentaties te reageren. Tezamen geven ze een beeld van de vier benaderingen, die in deze cursus van BA opleiding Nederlands aan de orde komen:
(1) Contrastieve of cultuurvergelijkende studies hebben als doel universele categorieën te ontwikkelen om de overeenkomsten en verschillen tussen culturen en hun talen te beschrijven. Behalve taaltypologisch onderzoek vindt men in deze traditie toepassingsgeoriënteerde studies gericht op de ontwikkeling van het tweede of vreemde talenonderwijs. Een belangrijke kwestie betreft de vraag vanuit welke dimensie men het discours of de tekst van verschillende talen als (functioneel) equivalent kan onderzoeken.
(2) De interlanguage-benadering onderzoekt het discours van non-natives in een tweede of vreemde taal. In de jaren zestig en zeventig richtte men zich vooral op fonologische, morfo-syntactische en semantische interferentie. Tegenwoordig is meer aandacht voor interferentie van pragmatische – en discoursverschijnselen.
(3) De interactieve interculturele benadering richt zich op het discours van mensen met een verschillende culturele achtergrond, die met elkaar interageren in eenlingua franca of in de taal van één van de betrokkenen. Deze studies richtten zich aanvankelijk op de analyse van misverstanden. Tegenwoordig is veel meer aandacht voor de analyse van talige structuren, die succesvolle interculturele interactie(zgn. `interculturalunderstanding’) bepalen. Het onderzoek binnen deze traditie is gebaseerd op de analyse van (omvangrijke) dataverzamelingen van authentieke interculturele situaties.
(4) Effectonderzoek naar cultureel bepaalde tekstkenmerken is hypothesetoetsend. In een experimentele opzet vergelijkt men welk effect een tekstontwerp in twee verschillende talen heeft op de waardering of begrijpelijkheid bij lezers van die talen. De onderzochte verschillen corresponderen met tekstkenmerken, die uit contrastief onderzoek naar voren zijn gekomen.